Prinsen der Lamsoren

 Wie waren er Prins der Lamsoren? Een illuster rijtje:

 

1959-1961 Nog geen Prins Theo Staal fungeerde als zodanig
1962 Prins Lamsoor I Fons Pateer
1963 Prins Lamsoor II Lo van Driessche
1964 Prins Lamsoor III Jo Claessens
1965-1974 Prins Lamsoor I Fons Pateer (totaal dus 11 jaar)
1975-1979 Prins Francois I Frans van Laere
1980-1981 Prins Lamsoor IV Ronny Serrarens
1982-1983 Prins Francois I Frans van Laere (totaal dus 7 jaar)
1984-1989 Prins Dick Ewald Platjouw
1990-1995 Prins Quibus Jan Akkermans
1996-1998 Prins Heerlijk Stefan de Schrijver
1999-2001 Prins Wiekus Jos van Jole
2002-2007 Prins Pico Jurgen Buysrogge
2008-2012 Prins Leut John Fassaert
2013 Prins Heerlijk/Prins Wiekus/Prins Pico Stefan de Schrijver/Jos van Jole/Jurgen Buysrogge
2014 - heden Prins Denniekes Denny Colpaart

Acht van deze prinsen doen op deze website een boekje open over het prins zijn.

Prins Leut
Van 2008 tot en met 2012 zwaaide Prins Leut de scepter over Lamsorenland.

Beste carnavalsvierders,
Met carnaval ben ik opgegroeid, ik weet eigenlijk niet beter want mijn vader was toentertijd betrokken bij de oprichting van onze stichting en hiervan vele jaren lid van de Raad van Elf. Als klein manneke naar de optocht kijken en naar mijne pa zwaaien die op de prinsenwagen stond, op latere leeftijd naar de carnavalsbals en in 1994 werd ik lid van onze carnavalsstichting de Lamsoren. Ik heb in al die tijd vele Prinsen op het hoogste podium zien staan en altijd wel gedacht: “dit wil ik later ook nog doen”. 

Toen in september 2007 Jurgen aankondigde te stoppen als prins zag ik m’n kans, het kwam eigenlijk op een mooi moment vond ik, ‘k was er klaar voor om het zo maar te zeggen. M’n besluit stond vast en ik vond twee zéér enthousiaste hofdamens, die me wilden ondersteunen in m’n  taak nl. Wendy Colpaart en Leoniek Strobbe. Ze hebben tijdens hun “sollicitatiegesprek” beloofd hofdame te blijven zolang ik Prins was en zo is het gegaan.

Dè hoogtepunten tijdens iedere carnaval waren voor mij de presentatie op de vrijdagavond en de opening op de Vèrkensmarkt. Ook het songfestival op de maandagmiddag stond zéér hoog in het vaandel, de middag waarop ik tijdens m’n derde Prinsenjaar nog een leuk lied heb gezongen waarbij ik ieder versteld deed staan.

In mijn Prinsenperiode was er toch elk jaar wel een bijzondere gebeurtenis die ik even wil noemen nl. in 2008 ging de carnavalsloods in Heikant in brand, in 2009 vierden we “een halve eeuw Lamsoren”, in 2010 het overlijden van Ronnie Serrarens enkele weken voor carnaval, in 2011 de uitnodiging voor Carla Peijs die uiteindelijk niet kwam door het zinken van een Zeeuwse vissersboot, in 2012 wederom maar toen liet ze verstek gaan vanwege het ski-ongeluk van Prins Friso. Ondanks deze tegenstrijdigheden hebben we toch met z’n allen keihard carnaval gevierd en veel plezier gehad.

Het “Prinsenvak” vervul je niet zo maar eventjes, er gaat een fikse voorbereiding aan vooraf maar dat zag ik als een uitdaging en iets wat ik erg graag deed. Op een gegeven moment ging de inspiratie parten spelen en na 5 prachtjaren vond ik het welletjes, vele mensen hadden ècht gedacht dat ik de elf jaren wel zou volbrengen en snapten ook niet dat ik ermee stopte.

Ik vond het geweldig “leutig” om Prins der Lamsoren te mogen zijn en wil ieder bedanken die me hierin hebben gesteund.

John Fassaert 

Prins Pico
Van 2002 tot en met 2007 zwaaide Prins Pico (Jurgen Buysrogge) de scepter over de Lamsoren.

Beste carnavalsvierders, 
Carnavallen werd mij met de paplepel ingegoten. Al op jonge leeftijd deed ik mee met de optocht in Kloosterzande, waar mijn vader destijds “ de Grootsten Groenen” was, een soort prins carnaval, van buurtschap Groenendijk. Het zit toch een beetje in het bloed waarschijnlijk, want ook mijn ome Reggie heeft een aantal jaren als Prins Reginald over het Vossenrijk geregeerd. 

Ik heb een jaar of vijftien tijdens carnaval plaatjes gedraaid in de diverse feestzalen, waaronder de Reizende Man in Kloosterzande, zaal Scheerders bij de Vogelpiek en vele jaren bij Lowie in café de Lamsoren. Het viel mij op dat het wel erg gezellig was om met zo’n grote groep samen carnaval te vieren, wanneer de raden van elf aanwezig waren. Plaatjes draaien tijdens carnaval is wel erg leuk, maar uiteindelijk sta je toch zo’n vijf dagen op een vierkante meter. Toen ik in 1999 op Lamswaarde kwam wonen sloot ik mij aan als lid van de carnavalsstichting. Ik werd reservelid van de Raad van Elf. 

Al tijdens carnaval 2001 hebben Prins Wiekus en ik het eens over zijn opvolging gehad. Gezien het late tijdstip van onze conversatie en het nodige gerstenat zijn een aantal details van toen mij helaas ontgaan. Echter in de zomer van 2001 belde Prins Wiekus mij op. Hij gaf te kennen dat hij het tijd vond dat er weer eens een ander zou gaan regeren over het Lamsorenland. Hij verwees naar ons eerdere gesprek en vroeg of hij mij als kandidaat naar voren mocht schuiven bij het bestuur. 

Doordat ik nog maar een jaar eerder als reservelid was toegevoegd aan de Raad van Elf beschikte ik nog niet over de nodige ervaring met alle ceremonieën en protocollen. Prins Wiekus verzekerde mij echter dat ik te allen tijde een beroep op hem kon doen. Dit deed mij besluiten om tijdens de eerstvolgende vergadering mezelf kandidaat te stellen en zo werd ik in het diepste geheim gekozen tot nieuwe Prins der Lamsoren. 

Mijn eerste jaar als prins beviel me direct al erg goed. Zoals mij van te voren was verteld bleek het een zware taak om vijf lange dagen het voortouw te nemen. Na vijftien jaar lang elke carnaval mensen vermaakt te hebben vanachter de draaitafels was het wel even wennen om zoveel te hossen en springen. Dit was een ware slijtageslag voor mijn spieren en gewrichten; U weet ondertussen wel dat wanneer wij met de Raad van Elf en gevolg van de Lamsoren ergens komen we er “eens flink invliegen”. Dat wil zeggen dat er heftig gesprongen en gedanst wordt, in het bijzonder op liedjes als “de clown” en zo. Tijdens carnaval zelf merk je weinig van pijnlijke knieën en voeten, maar als “de verdoving” is uitgewerkt des te meer… Een bezoekje aan de fysiotherapeut was dan ook noodzakelijk op aswoensdag. 

In mijn volgende jaren als Prins was ik hier al wat meer op berekend en konden mijn gewrichten het iets beter volhouden. De fysieke nadelen wegen echter niet op tegen het plezier wat we met zijn allen hebben tijdens deze dagen. Een van de hoogtepunten vind ik altijd de opening van het carnaval op vrijdagavond, omdat je daar als prins toch op je speech wordt beoordeeld. Als Prins der Lamsoren wilde ik altijd graag goed en goed voorbereid voor de dag komen. Helaas was dit niet meer te combineren met de drukke werkzaamheden in mijn eigen bedrijf, vandaar dat ik in 2007 besloten heb de scepter aan de wilgen te hangen. Maar ik kan terug kijken op een fantastische ervaring als prins carnaval, die ik voor geen goud had willen missen; Met de hechte groep die we vormen blijft een leutig carnaval verzekerd, mede doordat de organisatie van onze stichting erg goed geregeld is. Dank en waardering aan ieder die hier, op welke manier dan ook, een steentje aan bijdraagt. 

Jurgen Buysrogge

 Prins Wiekus

U was een fantastisch publiek!

Drie jaar heb ik als Prins Wiekus de scepter mogen zwaaien over het Lamsorenland. Een benijdenswaardige positie heb ik ervaren. Vijf dagen de aandacht op jouw persoontje gericht, kriebels in de onderbuik voor de presentatie op het gemeentehuis en daarna genieten van een prinselijke status in het uitbundige feestgedruis gevierd door honderden enthousiaste Lamsoren.

Gepresenteerd op vrijdag de 13de over de ophaalbrug van het kasteel van Dracula.

De voorboden waren dus niet goed, de jaren erna geweldig. Een aaneenschakeling van mooie momenten, zoals op de Verkensmarkt als op het geluid van een kanonsschot de lucht wordt gekleurd door vele ballonnen opgelaten door de kleinste lamsoorkes of op maandagmiddag als de zus van Rooie Sien zingt van ‘Jos van Jole, gij langun dweil’.

Drie jaren, vijf carnavalsdagen leven als een Prins, een prachtig bestaan!

Jos van Jole
ex-Prins Wiekus

 

Prins Heerlijk

Ik ben mijn loopbaan bij de Lamsoren gestart als politieman. Samen met Marc Staal heb ik dit vier jaar gedaan. Vervolgens ben ik door geschoven naar de Raad van Elf. Toen ik aan mijn tweede jaar in de Raad van Elf wilde beginnen gaf de prins te kennen er mee te willen stoppen. 

Jan Akkermans was toen zes jaar prins geweest en vond het wel genoeg. De stichting moest dus op zoek naar een nieuwe prins. Ik had me altijd voorgenomen dat ik een keer prins wilde zijn maar dat zou pas veel later moeten gebeuren. Met nog maar tweeentwintig jaar oud vond ik mezelf nog te jong om al aan deze zware taak te beginnen. Door gebrek aan andere kandidaten heb ik mijn voornemen om ooit prins te worden dus een aantal jaren moeten vervroegen.

Met veel zin en goede moed ben ik er dus aan begonnen. Als Prins Heerlijk ben ik drie jaar prins geweest van De Lamsoren. Ik heb dit met veel plezier gedaan. Het leverde soms wel een dubbel gevoel op. Carnaval is een week van feest vieren en verder nergens aan denken. Als prins zijn er toch een aantal momenten dat je “serieus” moet zijn en dat je je goed moet voorbereiden. Tijdens de opening op het gemeentehuis is het gebruikelijk dat iedere prins een toespraak houdt. Deze toespraak moest inhoud hebben en tevens scherp en leuk zijn. Hier moest je je dus toch wel even op voorbereiden.Ook tijdens de opening van carnaval op de Verkensmarkt te Lamswaarde werd er een goede speech met een leuke openingsact verwacht. 

Naast deze serieuzere momenten was de overige tijd vooral ontzettend leuk en intens. Het enige probleem dat ik had was dat maandagmiddag mijn stem het begon te begeven. Tijdens de prijsuitreikingen van het kindersongfestival en het gemaskerd bal was ik dus niet altijd even goed te verstaan.

In deze drie heftige jaren ben ik bijgestaan door twee prachtige hofdames. Jorien van Bunderen en Karola van Driessche hebben me steeds gesteund tijdens deze zware dagen. Zij moesten ook soms namen influisteren tijdens de prijsuitreiking van het gemaskerd bal. Op zich kende ik natuurlijk vrijwel alle deelnemers. Tijdens de ontmaskering van de deelnemers kosten het me wel eens moeite om de namen bij de gezichten te bedenken. Zonder hen had ik het vaker op moeten lossen met: “Den eerste prijs ga naor die mensen die an daar van achter in de dreef weunen in da duis mie die paarse voordeur.” Dat komt toch niet echt goed over.

Het mooiste van deze drie jaar was gewoon om lekker op zwier te gaan met een leuke groep mensen. Of je dan prins, politieman, hofdame of Raad van Elf lid bent maakt dan eigenlijk niet zoveel uit.

Stefan de Schrijver 

Prins Quibus

Tijdens mijn inauguratie, zo heet dat in koninklijke kringen, ofwel aanstelling als Prins, in café De Vier Jaargetijden, wist ik eigenlijk niet waaraan ik begonnen was. Dat leer je echter snel genoeg, getuige onderstaand journaal.

Woensdag: De zaal klaarmaken. Met gretigheid, spanning en onzekerheid zie je een week aankomen. EEN HELE WEEK! Daar lijkt nu geen einde aan te komen.

Donderdag: Vervolg zaal klaarmaken en voorproeven. Alles klaar? Details worden nagegaan. Nog een kleine schikking hier en daar. Rond lopen en in je opnemen. Hier gaat het gebeuren, ons domein.

Vrijdagmiddag: Kindercarnaval met weer opnieuw, want ik houd van tradities, middels spellen, een verkiezing van de Jeugdprins of Prinses, want op Lamswaarde zijn we geëmancipeerd. Het pakske van vroeger van Ivo is er toch nog. Spanning onder de nieuwe generatie Carnavalsvierders. Het is toch ook onze kweekvijver. Jong geleerd is...

Vrijdagavond: Naar het gemeentehuis. Officiële overhandiging van de sleutels van de verschillende prinsdommen. Een grap of grol, dan wel een sneer naar een lid van de gemeente. Daarna worden we vermaakt door een van de verenigingen en verdomd, de eerste dag is alweer voorbij, denk ik, lopende naar huis.

Zaterdagmiddag: Optocht mee bleven in Vogelwaarde. Ik herinner me nog dat er vlinders over de prinsenwagen vlogen. Een vroege belofte van het voorjaar. Aansluitend boven café ’t Karrewiel feest met elkaar, groot en klein.

Zaterdagavond: Hup de bus in jongens en meiden. We bezoeken de omliggende dorpen Vogelwaarde, Terhole en Graauw. Een uur, busje komt. He, alweer een dag voorbij. Half twee, kom, nog eentje bij Louis. Kleine nipjes, er komen nog dagen.

Zondagmiddag: Spannend, welke opkomst kan men verwachten in ons zonovergoten dorp? Toespraak gericht aan de samengestroomde belangstellenden. Erewijn en een dikke sigaar, mijne gaat traditiegetrouw naar Gerard van Driessche. Eenmaal waren er geen sigaren. Wat nu. Goede gewoonten laten varen? Moet een oplossing voor zijn. Aansluitend prijsuitreiking in De Luifel waarin ik mij als in het binnenste van een ei voel, zo vol. Beetje opruimen en klaar voor de:

Zondagavond: Gewoon aanpakken, tappen, glazen ophalen en voorkomende werkzaamheden. Samen staan we sterk en het is oergezellig. Men zoekt toch de leut in plaats van rotzooi. Het gaat door tot de kleine uurtjes.

Maandagmorgen: Dankzij diegenen die zondag tot sluiten zijn gebleven en de moeite namen, nadat de sleutel was omgedraaid, de grootste troep op te ruimen, was het vanaf 9 uur een korte pijn met zaal klaarmaken voor de middag. Klaar voor het jaarlijks succesvolle kindersongfestival.

Maandagmiddag: Dat het al in de genen zit blijkt wel uit de inzet van onze opvolgers. Na een intensieve voorbereiding worden de meestal zelfgemaakte liedjes voorgedragen. Deels hortend en stotend en deels ook professioneel. Maar ze doen het! Wat me zeker is bijgebleven is het liedje of liever de perfect afgewerkte act van de zusjes De Schepper. “Kom naar Lamswaarde, Pierot”. Ondergetekende moest zich toen wel even afwenden van het aanwezige publiek. Ieder deed wat in zijn, haar of hun vermogen lag en maakte deze middag tot een onvergetelijk moment. Goed, weer opkuisen en klaar voor:

Maandagavond: Reikhalzend uitkijken naar het gekostumeerd bal. Het is dus mogelijk op Lamswaarde om toch weer elk jaar originaliteit aan de dag (avond) te leggen. De moeite en de afwerking zijn weer uniek. Na afloop spanning. De jury beraadslaagt. De prijsuitreiking, het bal demasqué, wie zitten eronder en wat moeten ze het warm hebben gehad. Wel, als dat achter de rug is, trek ik met even terug naar de vergaderzaal. Steek af, jasje uit. Alle officiële momenten zijn vervuld en ik kan, zonder terughoudendheid, zelf volop aan carnaval deelnemen. Alle remmen los en tot 4 uur in de ochtend springen en hossen, al dan niet in bergen papier. Ik voel me weer 18 jaar.

Dinsdagmorgen: Toegegeven, ik ga deze ochtend achterwaarts de trap af. De kuiten hebben nog geen zin om dienst te doen. Terug naar De Luifel. Nu en morgen moet hij weer in oude luister omgetoverd zijn, alsof er tussentijds niets gebeurd is. We zijn goed gespannen en het lukt. Snel nog even naar Hulst om een mooie sigaar in tinnen koker te kopen. Krijgt Gerard 's middags. Tja, traditie.

Dinsdagmiddag: De grootste optocht van Zeeland. Kunst, want iedereen rijdt mee om mogelijk nog een prijs mee te pikken. De hofdames zorgen goed voor ons op deze koude standplaats, einde Groenendijk. Verkwikkende soep, koffie en koeken. Wat zijn we ze dankbaar. Aansluitend aan de optocht een niet aflatende polonaise van café naar café. Rond 8 uur neem ik afscheid van mijn hofdames, raadsleden en voorzitter. Mijn kameraden de afgelopen dagen en wandel naar huis. Afgelopen dagen, besef ik ontgoocheld, fris gedoucht en in kamerjas op de bank liggend. Dat zo een intens feest, wat woensdag zonder einde leek te beginnen, zo snel voorbij is. Brok in de keel. Nu al weer voorbij?

Woensdagmiddag: Na de laatste loodjes Van De Luifel te hebben omgesmolten, naar de markt in Terneuzen, waar ik gewoonte getrouw, bloemen koop voor de hofdames en mijn vrouw, die zorgde dat mijn pak er in de morgen weer fris gewassen bijlag. Heb dank meiden voor jullie zorgen en waar je ingreep als mijn dasje of jasje niet goed zaten.

Een troost, zondag nog even terugpakken op Ossenisse en dan maar wachten op volgend jaar.

Groetjes van jullie ex Prins Quibus I

Prins Dick

Je ervaringen als ex Prins Carnaval der Lamsoren weergeven doet mij meteen denken aan mijn allereerste uitverkiezing in 1983. Nog maar amper 1 jaar lid van het comité besloot ik om dan toch maar eens de gok te wagen en mij als opvolger van Prins François (Frans van Laere) aan te dienen. Spannende weken gingen aan de presentatie vooraf, het nadeel was dat je er met niemand over kon praten, want het moest en zou geheim blijven.

Toen het eenmaal zover was en ik in een bomvolle zaal in “De Luifel” door ceremoniemeester Camiel de Schrijver aan het talrijke publiek werd voorgesteld, kon ik goed merken dat dit voor velen geheel onverwachts gebeurde, gezien de overweldigende reacties die erop volgden! Zelfs m’n familie wist van niets!

Dit debuut was voor mij de mooiste belevenis die ik in m’n zes jarige periode als Prins Dick heb mogen beleven. Andere hoogtepunten waren uiteraard de jaarlijkse openingen op het gemeentehuis in Hontenisse, de traditionele sleuteloverhandiging aan de pomp door de burgemeester van de gemeente Hontenisse, de kleurrijke optochten, fantastische kindersongfestivals, gezellige bejaardencarnavals-middagen en het op eenzame hoogte staande carnavalsbal in Lamsorenland m.m.v. het bekende orkest “Bluesette” ’s zondags.

Ook het gemaskerd bal op de maandagavonden blijft uniek en onvergetelijk, vooral de improvisatie die je als Prins moet kunnen etaleren tijdens de prijsuitreiking bij het demasqué. Ook het rechtstreeks in de uitzending komen op Radio Veronica bij de verkiezing van “De Carnavalsplaat van het jaar” heb ik als erg prettig en iets apart mogen beleven. Als Prins maak je in die vijf doldwaze dagen eigenlijk telkens zoveel mee, dat je zeker enkele weken nodig hebt om e.e.a. te verwerken. Buitenstaanders doen hier vaak heel geringschattend over en zeggen al vlug “op zo’n wagen staan en wat drinken kan toch iedereen”, doch er komt beslist heel wat meer bij kijken.

Het voorbereiden van speeches, die de nodige inhoud moeten hebben, het onder alle omstandigheden in kunnen spelen op bepaalde voorvallen en propaganda maken voor het carnaval op Lamswaarde zijn niet te verwaarlozen factoren, die je al dan niet doen slagen.

Al met al kijk ik met enorm veel voldoening terug op de periode van zes jaar waarin ik het bewind over het Lamsorenland heb mogen voeren. Ik had het voor geen goud willen missen. Helaas was ik genoodzaakt wegens gezondheidsproblemen te stoppen, anders had ik graag het in carnavalskringen magische getal van elf jaar vol gemaakt.

Als bestuurslid, vice-voorzitter en later ook voorzitter ben ik alle zaken uiteraard nog op de voet blijven volgen en ben ik nog jaren bij alles met veel plezier betrokken geweest. Er gaat echter niets boven het zelf Prins zijn!

In totaal heb ik 18 jaar deel uitgemaakt van de Carnavalsstichting der Lamsoren, waarvan ik nu nog durf te beweren dat het één van de betere, zo niet de beste Carnavalsvereniging uit Zeeland is.

Ik hoop dan ook van harte dat deze vereniging nog tot in lengte van jaren mag blijven voortbestaan.

Prins Dick
Ewald Platjouw

Prins Francois

Mij werd gevraagd een stukje te schrijven over mijn periode als Prins Carnaval. Das voer mij eigenluk best moeiluk want ik weet nooit zoveel meer van vroeger. Ik kijk altijd vooruit dan moeje nie zoveel ontouwen. Tis zo erg dak vaok mijnen eigensten trouwdag vergeet mie alle gevolgen van dien. Ik zal proberen ulder iets te vertellen over 39 jaor geleejen. Ik weunde toen één jaor op Lamswjerde in de Dreef op nummer 36 a. Op nun avond wiere kik gebeld. Der wier gevrogen of da kik bij de carnaval wilden kommen. Ze zaten toen te vergaderen bij Honoré Claessen en ze kwamen eenen man tekort voer de Raad van Elf. Mijnen zwager Camiel ooi gezeed: bel Frans gerust op want die doe ta wel. Ge kutter wel nie mee lachen maor ij e zijn postuur toch mee.

Ut gevolg was da kik dus mie carnaval op den prinsenwagen stong. Vraag mij nou nie wa voer ne wagen dat ta was want da zenk vergeten. Om de 4 a 5 jaor wier ter steeds nun andere prinsenwaogen gebouwd. Persoonlijk vonne kik diene waogen mie die fietsen ut schoonst. Twas jammer dammen dezen maor 2 jaor gebruikt en. Piet Kindt was uiteindelijk den boesdoener dammen die wagen maar zo kort gad en omda tij nie genoeg in den kijker zat. Tis zonde dank net van diene waogen gien foto’s en. In ut begin ooiem maor twee optochten. Da waren Klooster en Lamswjerde. Pas veel later is Veugelwjerde daor bij gekommen. 

Wooien toen un gezellige club waar da weinig verloop in was. De eerste jaoren ooiem weinig moeite om ut prinsschap in te vullen. Fons Pateer was den eersten prins en die et ut gelijk 11 jaor volgouwen.

Na Fons Pateer zen kik prins gooren. Mijnen naom was Francois der Lamsoren. Ik zen zeven jaor mie veel plezier prins gewist. Ken in dien tijd eel wa leuke hofdames gad. Oeveel dan da ter waoren weet ik nie meer.

Ut carnavalsbal op zondag wier om 19.00 deur de prins geopend en om 24.00 wier ter weer gesloten. De eerste bals speelden zich af in ut patronaat. Der wieren daar toen fleskus Becks Bier verkocht. Da waren toen ongeveer 40 kistjes op nun avond. ‘s Maandags ooiem eigenlijk gien verplichtingen. Ut enigste wammen moesten doen was ut patronaat opkuisen en daarna nog wa napraten in ut café. Carnaval van vroeger en nou is eigenlijk niemer mie makaar te vergelijken. Ut enige wa da ut zelde is gebleven is da ter een stevige pint oor gedronken. 

Beste carnavalsvrienden, hier gan ik ut bij laoten. Veel leut en plezier toegewenst door ex-prins Francois.

Prins Lamsoor V

Nadat prins Francois I zich niet meer beschikbaar stelde om prins over Lamsorenland te zijn, had de Carnavalsstichting een groot probleem. Niemand stelde zich beschikbaar om deze functie in te vullen. Ik voelde me zelf ook niet geroepen om deze taak op me te nemen, want ik had al een taak als penningmeester. De dag na de ledenvergadering, die wel heel erg lang had geduurd, vertelde ik tegen mijn vader dat we niemand hadden die prins wilde worden. Hij zei toen: “doe het dan zelf”.

Na veel gepieker besloot ik om het dan maar te doen. Op de eerstvolgende vergadering, die snel volgde op de rampzalig verlopen laatste, deelde ik de vergadering mede, dat ik mij beschikbaar stelde. Iedereen was laaiend enthousiast. Met zo’n jonge prins, ik was pas 21 jaar konden ze gemakkelijk 11 jaar vooruit! Ik moest zelf maar nieuwe hofdames erbij zoeken, want die hadden ook afgehaakt. Ik heb daarna enkele nachten slecht geslapen. Omdat ik niet in zo’n prinsenpak als prins Francois I wilde lopen, moest ik ook nog snel achter een nieuw prinsenpak aan. Samen met Frans zijn we naar een kleermaker gereden midden in Antwerpen. Daar viel mijn keuze uiteindelijk op een uniform, zoals de engelse officieren destijds droegen. Er werd een steek bij gezocht en deze was versierd met enorm lange koningsveren van wel 80 cm. Daar heb ik (of liever gezegd anderen) later geen gemak van gehad, omdat ze in ieder zijn gezicht of bier kwamen...

Mijn hofdames had ik snel gevonden. Jacqueline van der Meijden, nu, Jacqueline de Koning-van der Meijden en Marjel Herrewegh wilden dit graag doen. Maar alleen als ze ook in een andere outfit mee mochten doen. Mijn Raad bestond niet uit raadsleden, maar uit ministers. Het Jumbokwintet zorgde voor de muzikale omlijsting. De presentatie was toen nog in de Luifel. Het was enorm druk, want de mensen waren toch wel nieuwsgierig wie Frans op zou volgen. Er was een complete stelling gebouwd, waar drie reuzekazen opgesteld stonden. Hier kwamen we allen om 23.11 uur door tevoorschijn. Er was een prachtig decor gemaakt, waarop een deel van het dorp geschilderd was. Het viel me enorm tegen om een woordje te zeggen ten overstaan van zo’n volle zaal, zeker als je nog nooit in het openbaar gesproken hebt. Na de vuurdoop was het hartstikke gezellig en viel er een last van mijn schouders. Als 21-jarige was ik de jongste prins die de Lamsoren ooit gehad hadden en misschien ook wel nooit meer zouden krijgen...

Het eerste jaar was geweldig plezierig. Als prins had je een privé chauffeur, die je zaterdag s’ middags op kwam halen om naar de optocht in Vogelwaarde te gaan en daarna samen een maaltijd te nuttigen bij Marie Parijs. Marie zorgde ervoor dat we een lekkere biefstuk met brood te eten kregen. Theo Collet kon dan behoorlijk grappen en grollen, zodat het lachen, gieren en brullen was aan tafel. Na de maaltijd bracht Theo ons terug naar huis, zodat we ons klaar konden maken voor de avond om de gebruikelijke verenigingen met een bezoek te vereren.

Enorm veel mensen herkenden me na het carnaval, omdat ik natuurlijk in de optochten meegereden was en op de verschillende bals geweest was. Dat was een leuke ervaring. Het daarop volgende jaar was het als vanzelfsprekend dat ik weer prins zou zijn. Het was het jaar waarin de Lamsoren hun 22-jarig jubileum vierden. We vierden dit heugelijke feit in de Luifel, door s’ middags een receptie te beleggen. Die ondermeer bezocht werd door het gemeentebestuur met loco-burgemeester P.Everaert, die burgemeester Somers verving, de besturen van de plaatselijke verenigingen en carnavalsstichtingen uit omliggende dorpen en uiteraard mensen van de plaatselijke bevolking. Tijdens de receptie werden de vijf voorgaande prinsen gehuldigd in de orde van het “Gulden Lam”, alle ex-hofdames, oud comitéleden, ex-chauffeurs van de prinsenwagens ontvingen een herinneringsmedaille, evenals de heer F. Amendt, een der oprichters van de carnavalsvereniging in Lamswaarde en mevrouw Parijs, die al jaren zorgde voor de kostuums van de hofdames.

’s Avonds vond, eveneens in de Luifel, de ontvangst plaats van de genodigde prinsen en raden van elf uit omliggende dorpen. Elf verenigingen waren aanwezig. De dansgroep “de Vossen”, onder de bezielende leiding van mevr. van Hoye voerde een prachtig optreden op, met lichtgevende stokjes, wat een apart effect gaf in een donkere feestzaal. Het jubileum was duidelijk een geslaagd evenement geweest. Na het jubileum volgde uiteraard weer het carnaval. De herinneringen hieraan zijn veelal vervaagd…. Marjel hield het als hofdame voor gezien, maar Danny de Koning was bereid haar plaats in te nemen. Carnaval was weer wel leuk, maar ik had moeite met het spreken in het openbaar, wat me steeds meer tegen ging zitten. De leeftijdverschillen binnen de groep waren ook te groot; alleen Stanny de Koning was van mijn generatie, verder ontbrak een gehele generatie.

Ook het werk als penningmeester tijdens het carnaval eiste toch ook veel tijd op en ik was ook belast met er voor te zorgen dat er voldoende drank besteld werd bij de brouwer en deze aan laten vullen als er een tekort van iets dreigde te komen. Het werd al met al een beetje te veel en het plezier ging ervan af. Daarom ben ik maar 2 jaar prins geweest, echter met hele leuke ervaringen. Ik heb tijdens carnaval nooit iets gemist. Ik was meestal bij de laatsten om naar huis te gaan (gezellig nakletsen en veel gelachen met de leden van het orkest, maar was wel altijd s’ morgens paraat om glazen te spoelen, lege vaten en flessen frisdrank op te ruimen, drank bij te bestellen, te zorgen voor nieuw wisselgeld voor de entree en bonnen etc. Dus ook al ben je de vorige dag laat naar bed, het is zeker geen excuus om de volgende dag niet aanwezig te zijn! Ik wens de huidige prins met zijn club weer een geweldige nieuwe carnaval, maar denk niet dat je zomaar te veel werk verzet hebt. Plezier maken moet, maar werken ook bij een carnavalsstichting.

Ronny Serrarens